Canon van Nijmegen: De Valkhofburcht en de reuzentoren

Nijmegen bulkt van de historische verhalen. Over kopstukken en gewone lieden, wijken en politieke gebeurtenissen. In de Canon van Nijmegen zijn de belangrijkste verhalen over Nijmegen geselecteerd. Een van die verhalen gaat over Keizer Barbarossa, die in 1155 een reuzentoren bouwde als onderdeel van de Valkhofburcht.

Door een langdurige interne strijd binnen het vroegere rijk van Karel de Grote en door invallen van de Noormannen brokkelde in de tiende en elfde eeuw het gezag van de staat langzaam af. De koninklijke palts (red: een palts is een niet verdedigbarekoninklijke verblijfplaats) op het Valkhof raakte in verval. Tot de komst van keizer Frederik Barbarossa.

1047: Opstand en verval

In 1047 werd de palts op het Valkhof in brand gestoken door graven en andere edelen die tegen de Duitse koning Hendrik III in opstand waren gekomen. Vanaf die tijd verloor Nijmegen zijn positie als bestuurscentrum van het Duitse koninkrijk. De koningen lieten zich lange tijd nauwelijks zien in Nijmegen. Over mogelijke herbouw van de palts weten we niets. Alleen de omstreeks 1030 gebouwde en nog bestaande Nicolaaskapel heeft het geweld van 1047 in geschonden toestand overleefd.


Nicolaaskapel (ook wel bekend als de Valkhofkapel)

1155: Barbarossa en zijn reuzentoren

Pas keizer Frederik Barbarossa toonde in de twaalfde eeuw weer duidelijke belangstelling voor Nijmegen. Hij bezocht Nijmegen meerdere keren en stelde als plaatsvervanger een burggraaf aan, die de leiding kreeg over het bestuur en de militaire verdediging. Barbarossa liet de verwaarloosde palts in grootse stijl herbouwen, ter ere en glorie aan zichzelf en aan het Duitse rijk. Door zijn toedoen kwamen de gebouwen tot stand die uiteindelijk tot de sloop in 1797-1798 op het Valkhof gestaan hebben.

Het indrukwekkendste onderdeel was de massieve toren, de ‘reuzentoren’, die boven alle andere paltsgebouwen uitstak. Ter gelegenheid van de herbouw van de palts liet keizer Barbarossa in 1155 een gedenksteen plaatsen. Deze steen met inscriptie kan tegenwoordig in Museum Het Valkhof bekeken worden. De inscriptie verwijst naar het roemrijke verleden van de burcht, die nog gesticht zou zijn door Julius Caesar. Dit klopt niet met de historische feiten, maar het laat wel mooi zien dat keizer Barbarossa zichzelf net zo’n belangrijke plaats in de geschiedenis toedichtte als Julius Caesar.

De Valkhofburcht en de reuzentoren, geschilderd door Jan van Goyen (1641)

1155-1798: De Valkhofburcht en de valkerij 

Van alle gebouwen uit de tijd van Barbarossa is alleen de Barbarossaruïne of Maartenskapel, een restant van de paleiskapel, op het laatste moment van de sloop gered. Dankzij afbeeldingen en opgravingen weten we wel hoe de Valkhofburcht eruit heeft gezien. Het terrein van de burcht was aan alle zijden omgeven met muren, die waren verbonden met de stedelijke ommuring. Maar de Valkhofburcht maakte geen deel uit van de stad. Het was gebouwd als koninklijke residentie en werd later één van de residenties van de graven en hertogen van Gelre. Wanneer zij niet op het Valkhof verbleven, werden hun zaken waargenomen door de burggraaf. Overigens dateren de namen Valkhof en Valkhofburcht pas uit de veertiende eeuw of later, als verwijzing naar de valkerij die door de adellijke bewoners van de burcht beoefend werd.

Maartenskapel (ook wel bekend als Barbarossaruïne)

Canon van Nijmegen

Nijmegen bulkt van de historische verhalen. Over kopstukken en gewone lieden, wijken en politieke gebeurtenissen. In de Canon van Nijmegen zijn de 50 belangrijkste verhalen over Nijmegen geselecteerd, net zoals dat het geval is bij de landelijke canon. Elk Canonvenster biedt zicht op een gebeurtenis, een persoon of een ontwikkeling die belangrijk is geweest voor de Nijmeegse geschiedenis. Samen vertellen de vensters de hoofdlijn van de lokale geschiedenis. De vensters zijn zoveel mogelijk gekoppeld aan concrete plekken in Nijmegen of aan bijzondere voorwerpen. Verder is waar mogelijk een verbinding gemaakt tussen de Nijmeegse en de landelijke canon.

Duik in de geschiedenis van de oudste stad van Nederland. Want Nijmegen heeft veel verhalen te vertellen. Benieuwd? Je leest het allemaal in de historische tijdlijn.  

Openbare kunst in Nijmegen: de Byzantijnse prinses Theophanu

De Byzantijnse prinses Theophanu werd rond het jaar 960 als prinses geboren in Constantinopel en stierf dertig jaar later als keizerin in Nijmegen. “ Ze werd gezien als decadent en luxueus. Ze aten daar met een vork en namen wekelijks een bad. Dat werd als heel bizar beschouwd en daarom kreeg ze veel kritiek,” zegt Gerco Hiddink, grafisch ontwerper bij Studio Hartebeest. “De ophef over haar persoonlijkheid maakte het echter des te interessanter voor ons om haar te schilderen.”

Lees meer

Dit vind je misschien ook leuk