Canon van Nijmegen: Joris Ivens, geëngageerd en omstreden filmmaker

Nijmegen bulkt van de historische verhalen. Over kopstukken en gewone lieden, wijken en politieke gebeurtenissen. In de Canon van Nijmegen zijn de belangrijkste verhalen over Nijmegen geselecteerd. Een van die verhalen gaat over Joris Ivens, een wereldberoemde filmmaker die op dertienjarige leeftijd zijn eerste film maakte.

1912 - 1929: De eerste films van Joris Ivens

In de lente van 1912 speelde de toen dertienjarige Joris Ivens de rol van goede indiaan in de film De Wigwam, opgenomen in huiselijke kring. De beelden werden geschoten op twee Nijmeegse locaties: de Kwakkenberg en het Jonkerbosch. De Wigwam ging de geschiedenis in als eerste film van de wereldberoemde filmmaker.

De Wigwam was een klassieke western, waarin cowboys het aan de stok kregen met indianen. Alle leden van het gezin Ivens, artistiek ingesteld en verzot op verkleedpartijen, deden eraan mee, sommigen ingesmeerd met cacao. Joris schreef het scenario en speelde de hoofdrol: de rechtschapen indiaan Brandende Staal. Als regisseur zou Ivens in zijn gehele oeuvre trekken van Brandende Staal blijven vertonen.

Joris Ivens werd in 1898 geboren aan de Van Berchenstraat 15, in een welvarend katholiek gezin. Zijn vader was handelaar in fotoartikelen en een vooraanstaand, betrokken en ondernemend Nijmeegs burger. Dankzij de fotohandel kwam Joris al op jonge leeftijd in aanraking met het medium film, een nieuwe vinding die hem voor altijd in de greep zou houden. Nadat hij zich in Berlijn het fotovak had eigen gemaakt, bracht Ivens, geïnspireerd door internationale voorbeelden, aan het eind van de jaren twintig zijn eerste serieuze documentairefilms uit, De Brug en Regen. In avant-gardistische kringen in binnen- en buitenland werden ze met applaus onthaald.


Joris Ivens monument op het Joris Ivensplein

1930 - 1989: Dikwijls ver weg bleef Nijmegen dichtbij

In zijn volgende documentaires, zoals Zuiderzeewerken (1930), Komsomolsk (1932) en Borinage (1934), stelde hij de omstandigheden aan de kaak waaronder Hollandse, Russische en Waalse arbeiders hun werk deden. De films waren van toentertijd moderne, onversneden socialistisch-realistische snit. Ook later, in zijn verslaglegging van de Spaanse Burgeroorlog, de revolutie in China en de oorlog in Vietnam toonde hij zich een geëngageerd, links cineast, met onmiskenbaar communistische sympathieën.

In 1945 kwam Ivens in conflict met de Nederlandse regering toen hij in zijn verfilming van de bevrijding van Nederlands-Indië, een opdracht van de regering, de zijde van de Indonesische vrijheidsstrijders koos. Indonesia Calling (1946) was de bron van een langdurige onmin tussen Ivens en zijn vaderland. Om deze redenen bleef de tegendraadse kunstenaar een omstreden figuur in het burgerlijke Nederland, al werden zijn films nog zo vaak onderscheiden. Ivens, een kosmopoliet die op alle continenten films draaide en die samenwerkte met beroemdheden als Ernest Hemingway, behield warme herinneringen aan zijn geboortestad: ‘Dikwijls ver weg, bleef Nijmegen, mijn jeugd, toch dicht bij mij’, zo luidt het citaat van Ivens op het naar hem genoemde monument dat zich bevindt op het Joris Ivensplein.

Duik in de geschiedenis van de oudste stad van Nederland. Want Nijmegen heeft veel verhalen te vertellen. Benieuwd? Je leest het allemaal in de historische tijdlijn.  

Dit vind je misschien ook leuk